Heyns Dirk
Van Gucht Kathleen
Vervoer
Koop een Go Pass (46 euro voor 10 ritten) + een ticket Moeskroen/Mouscron-Lille Flandres (6 euro). Neem de trein naar Lille Flandres in Antwerpen-Centraal (rijdt normaal elke 2 uren). Stap na een voorspoedige reis van welgeteld 1 uur en 46 minuten uit in Frankrijk in het voornoemde station en neem daar de bus C(itadine)2 naar Catho Lille. Daartoe koop je een ticket (1,20 euro) dat je verplicht ‘composteert’ wanneer je opstapt. Als alles dan goed verloopt bevind je je luttele minuten later aan de universiteit waar je allicht nog veel tijd zal doorbrengen.
Logement
Dien op tijd (vóór de grote vakantie) een aanvraag in voor een kamer in een residentie (www.aeu.asso.fr). Wij zaten allebei in ‘résidence Teilhard de Chardin en plein coeur du quartier Vauban’ en betaalden elk 390 euro per maand voor ’n bemeubelde kamer (bureau, bed, kast, koelkast,…) van zo’n 12 vierkante meter. Inbegrepen zijn dan: ontbijt van maandag tot vrijdag, wasmachine (wel 1 euro per jeton en dus per wasbeurt, nog eens een euro als je de droogkast wilt gebruiken), internet, gemeenschappelijke keuken, gemeenschappelijke douches (niet een grote douche natuurlijk of wat dacht u), tv-zaal, ontspanningsruimte met tafelvoetbal (!) en je kamer wordt elke 2 weken gepoetst (als je dat wenst).
Boeken en cursussen
De prijs van boeken en cursussen hangt natuurlijk af van welke vakken je gaat volgen. Wij hebben zo’n 7 boeken moeten kopen, vooral pockets. Cursussen bestaan niet, je bent dus aangewezen op je (eigen) notities.
Uitstapjes
95% van je tijd ginder zal moeten wijden aan studeren. Reken dus maar niet op uitstapjes en dergelijke. Er is wel een hippe zoo. Die is gratis. Na die met een bezoekje vereerd te hebben, vlieg je best terug met je neus tussen je boeken.
Eten
Er is een studentenrestaurant voor zij die niet zonder SOS Piet kunnen, waar je aan studentikoze prijzen aan studentikoos voedsel kan geraken (25 euro voor 10 maaltijdtickets, wat dus neerkomt op 2,5 euro per maaltijd voor zij die niet zonder rekenmachine kunnen).
Gevolgde vakken
Thème – Mr Langford (2 credits)
Chad leidt je op tot vertaler Frans-Engels. Leuk vak om te volgen, leuke professor, maar je moet wel elke week een vertaling voorbereiden. (Hij kan overigens ook Nederlands, dus pas op met hem verwensingen naar het hoofd te slingeren in je moedertaal!)
Version – Mr Roger (2 credits)
Deze professor doet net het omgekeerde: je opleiden tot vertaler Engels-Frans. Ook elke keer een vertaling voorbereiden, maar het tempo tijdens de lessen ligt niet al te hoog. Examens worden mild verbeterd.
Français pour étudiants relations internationales – Mme Dazin (3 credits)
Dit vak is zowat een samenvatting van al het Frans dat je reeds gezien hebt. Er worden oefeningen gemaakt op de passé composé, subjonctif, de hele rimram. Je moet ook actuele artikels bespreken, videofragmenten becommentariëren en een presentatie geven. Het eindexamen bestaat uit oefeningen en het schrijven van ’n kort tekstje.
Linguistique I – Mme Hochart (3 credits)
Een mix van ATW en de lessen van Mr. Kockaert. Niet al te boeiend zou je misschien kunnen denken, maar dat is het inderdaad. Ondanks haar strenge indruk verbetert ze toch wat milder voor buitenlandse studenten. De Franse studenten zijn het trouwens – eerlijk is eerlijk – ook helemaal niet gewoon zo’n vak te volgen.
Interculturalité/Intercultural Communication – Mme Middelmann (3 credits)
Leuk vak, eens om de zoveel weken in blokken van 3 uur. Je maakt er tekeningen, wisselt vooroordelen uit over andere culturen (de Fransen claimen dat ‘friet met mosselen’ hun gerecht is, maar wij weten uiteraard beter). Je moet een essaytje schrijven en als eindexamen een presentatie geven over een bepaalde cultuur; wij mochten samen met de andere buitenlandse studenten gewoon onze ervaringen in Frankrijk delen.
Littérature comparée XVIIe siècle – Mr Bouvier (4 credits)
Veruit het moeilijkste vak, je moet notities nemen alsof je leven ervan afhangt en ‘commentaires composés’ schrijven over Senault en Descartes. Dat het weleens de filosofische toer opgaat, hoeft dan ook niet te verwonderen. Dat de professor het niet zo heeft voor Sarkozy valt af te leiden uit zijn soms krasse, politiek incorrecte uitspraken en daarom is het ook een echte aanrader dit vak te volgen: je scheldwoordenvocabularium zal een enorme uitbreiding kennen. De brave man verbetert streng, de examenvragen zijn niet van de poes, maar je ziel zal desondanks passie ondervinden voor dit vak, letterlijk.
Littérature comparée XIXe siècle – Mr Godot (4 credits)
Vergelijkbaar met het vak hierboven, alleen verbetert deze brave man toch wat milder voor de buitenlandse studentjes. Daar staat tegenover dat je hiervoor veel meer moet lezen (Molière oa) en essays moet schrijven waarin je de lectuur van je literatuur vergelijkt (heeft u ‘m?). Wij hadden het geluk de evolutie van de mythe rond ‘Don Juan’ te ontrafelen.
Histoire des médias – Mr Kaciaf (3 credits)
Dit is een hoorcollege en wordt dus in de aula gegeven. De lessen gaan over de ontwikkeling van de Franse media van het begin (denk aan uitvinding boekdrukkunst en aanleg postroutes ) tot nu en de problemen die ze tijdens deze ontwikkeling ondervonden hebben. Je hebt enkel je eigen notities om te leren, maar je wordt verondersteld veel feiten te onthouden. Op het examen krijg je 3 vragen waarvan je er 2 moet beantwoorden in opstelvorm.
Introduction aux institutions françaises – Mme Lecoeuvre (3 credits)
Een vrij algemene inleiding tot het Franse rechtssysteem. Er wordt onder andere uitgelegd hoe de president en de eerste minister verkozen worden. Verder worden enkele rechtbanken besproken en hun werking. De lessen zijn vrij droog, maar de slaagkansen zeer hoog.
Versification – Mme Catelain (2 credits)
Gedichtjes lezen en bespreken dus. Niet zo simpel als het lijkt, want de professor verbetert tamelijk streng, maar dat is natuurlijk geen bezwaar als je bijvoorbeeld graag de Nerval, Chateaubriand en ook modernere Franse dichters leest. De Franse benamingen van literaire procedés zullen na deze cursus ook geen geheim meer voor je zijn. Het examen is niet al te simpel: meer dan de helft van de Franse studenten was gebuisd (leer zeker de literaire termen als je voor dit vak kiest!).
Méthodologie – Mme Catelain (2 credits)
Hier bespreek je literaire passages (van Guy de Maupassant oa) en analyseer je ze grondig, héél grondig. Te grondig eigenlijk. Je leert echter wel hoe je een ‘commentaire composé’ moet schrijven en hoe je je teksten moet construeren en structureren. Bijna elke les moet je wel een stukje tekst bespreken (waarbij je bespreking nooit korter is dan de tekst, het gaat er dus zeker niet om gewoon een samenvattinkje te schrijven!)
Tips:
Uitgaan: Palace (niet enkel dansen maar ook poolen). Kathleen zal nu een exhaustief
lijstje opstellen en wel hier:
Gastronomie: Fransen geven graag hun geld uit in de Match, terwijl ze de goedkopere Aldi, die – toegegeven – iets verder ligt, langzaam failliet laten gaan. Frituren kennen ze niet, of ze zijn van erbarmelijke kwaliteit. In Lille kennen ze geen nachtwinkels. Als je goedkope drank wil, kan je al maar beter zelf leren brouwen en/of stoken. Jenever smokkelen is ook een optie.
Administratief: Neem vóór je vertrek al kopieën van alle belangrijke documenten, beter te veel dan te weinig. Neem genoeg pasfoto’s mee. Zorg dat je meteen in orde bent met je inschrijving op school, maar ook voor de CAF, anders ga je je geld maar heel laat zien.
Algemeen: Neem een fototoestel mee. Woordenboeken (niet enkel op cd-rom!). Geniet.
maandag 23 maart 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten